“Moeten kinderen boeten voor de schuld van de ouders? Deze zinsnede uit de Tien Geboden wil het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) herzien, vanwege aanhoudende kritiek.” (Ned Dagblad 28 mei 2019). Onderstaande reactie vandaag in ND.
Ik kan me dat levendig voorstellen want het voelt buitengewoon oneerlijk als kinderen opdraaien voor wat hun ouders verkeerd deden. Wat de beste vertaling is laat ik graag aan de deskundigen over maar daar los je het probleem niet mee op. Dat kinderen vaak boeten voor de schuld van de ouders is namelijk zonneklaar zelfs voor wie geen enkel geloof heeft. Misschien kun je daar beter rekening mee houden dan de vertaling aan te passen.
Erfzonde
Wanneer ouders jou als kind geregeld sloegen dan draag je dat je leven lang mee en het wrange is: dik kans dat jij het ook gaat doen en tot in het derde en vierde geslacht. Kinderen van gescheiden ouders scheiden veel vaker dan anderen. Criminaliteit gaat vaak generaties door en noem maar op. Ik zeg wel eens: erfzonde is het enige christelijk leerstuk waar je geen Bijbeltekst voor nodig hebt — zo evident is het.
In Exodus 20 wordt dit beschreven op religieus gebied: als ouders godenbeelden maken dan boeten de kinderen daarvoor. Denk aan “Jerobeam die Israël zondigen deed” en aan zoveel generaties daarna. En ook vandaag zijn weinig zonden zo erfelijk als kerkzonden: ruzie en machtsmisbruik, maar ook het verwaarlozen van gebed en lakse kerkgang — er moet wel een wonder gebeuren als je dat niet doorgeeft aan volgende generaties.
Ik versta het tweede gebod als een ernstige waarschuwing daartegen. Let wel: het wordt niet gebracht als een doem waar de kinderen niet onderuit kunnen. Er staat dat God de kinderen laat boeten “wanneer ze mij haten” — daar zijn ze dus zelf ook bij. En er staat ook dat trouw en gehoorzaamheid nog veel verder reiken dan de zonde, namelijk tot in het duizendste geslacht. Maar de strekking is natuurlijk: jij moet er goed mee rekenen dat jouw gedrag en specifiek jouw eredienst consequenties heeft voor je kinderen en kleinkinderen. En dat is een indringende waarheid. De vorige vertalingen hadden staan dat God de ongerechtigheid “bezoekt” aan de kinderen; dat begreep geen mens maar het betekende hetzelfde.
Zingen in de tempel
De zonden der vaderen die je meedraagt, overigens, zijn niet zozeer een vloek waar je niet onderuit kunt. Ze zijn wel datgene waar je in vervalt als je er niet bewust afstand van neemt. In de Bijbel vinden we een schitterend voorbeeld daarvan. Veel Psalmen staan op naam van de Korachieten, de tempelzangers die nakomelingen waren van Korach. Deze Korach, met Datan en Abiram, waren de drie die in de woestijn door de aarde verzwolgen werden vanwege hun opstand tegen God. Dat de nakomelingen van deze Korach de liturgie in de tempel zongen mag een enorme bemoediging zijn voor ieder die de last van zijn voorouders meedraagt.
ds Willem Smouter, Apeldoorn