Kredietcrisis een kans?

kredietcrisisDeze week is de bidstond voor gewas en arbeid, in een tijd die gestempeld wordt door de kredietcrisis – en over die combinatie zit ik na te denken. Op verzoek van Visie reageerde ik op de stelling: ‘De crisis biedt ons primair kansen om te gaan leven op een manier die past binnen de grenzen van wat de aarde hebben kan.’

Eerlijk gezegd heb ik moeite met de stelling dat de crisis ons primair kansen biedt. Kansen voor een lovenswaardig doel, zeker, maar dan toch primair kansen. Het past in de zakelijke trend om problemen vooral als kansen te zien. Dat is allemaal wel aardig, maar het zal je gezin maar treffen. Evengoed wordt de trein van de vooruitgang wel hardhandig stil gezet en ja, dat biedt inderdaad kansen tot bezinning. In de Bijbel krijgen we daar ook een aansporing voor. Haggaï geeft als woord van de Heer door: “Jullie hebben veel verwacht, maar hoe weinig is het geworden, en wat jullie wèl binnengehaald hebben, is door mijn adem vernietigd” (Haggaï 1:9). 

Verzoeking

Ik geloof dat inderdaad, dat de Heer met één keer blazen de hele economie overhoop gehaald heeft. Dat is toch wel verbazend: we hebben meer economen dan ooit en samen hebben ze het niet zien aankomen of kunnen keren. Waarom doet de Heer dat? Wat wil Hij ons zeggen? Toch in elk geval wel dit, dat het systeem van meer en meer zijn grenzen heeft. En dat raakt ook mij. Ik heb weliswaar geen aandelen, maar ik heb wel mijn aandeel in de economie van meer en meer, waar ik gewoon op reken. Het ergste is misschien wel dat de crisis mede veroorzaakt is doordat Amerikaanse christenen elkaar aanspoorden om gerust meer te lenen, want God zorgt wel voor je. Dat lijkt verdacht veel op de verzoeking door de duivel, die tegen Jezus zei: “Spring maar, want de engelen zullen u dragen!” Zo ga je niet om met God – en ook niet met de economie.

Herziening

Met veel aandacht heb ik dan ook het ‘Appèl van Antwerpen’ gelezen, uit de hoek van Goudzwaard, Pronk en Wijffels. Laten we eerlijk zijn: zij hebben wèl gewaarschuwd en indringend ook. En hun oproep ligt bepaald in het verlengde van de stelling die we bespreken: keuzes in de richting van een duurzame, solidaire en vreedzame samenleving. Ik begrijp lang niet alles uit het Appèl en – sorry – ik vind het ook wollig klinken. Maar minstens twee punten begrijp ik wel: dat het dubieus is om vooral meer geld te pompen in de bestaande structuren, banken en industrie. En dat het hoog tijd is voor een fundamentele herziening van het internationale geldstelsel, dat een overmaat van vrijheid aan kredietschepping en speculatieve hoogstandjes aan particuliere banken heeft gegund. 

Remmen nodig

Zowel socialisten als liberalen geloven dat de mens van nature goed is en dat meer vrijheid dus de oplossing is. Ik vrees dat de mens (ik ook) van nature slecht is en dat je dus controle en remmen nodig hebt. Ik vertrouw de richting die hier gewezen wordt en hoop er op dat de Antwerpenaren hun woorden nog meer handen en voeten gaan geven. Zo kom ik dicht bij onze stelling uit. Zonder dat woord ‘kansen’, maar misschien kunnen we stellen dat we door de crisis opnieuw (met een titel van Goudzwaard) worden ‘genoodzaakt goed te wezen’.

  • Bijdrage verschijnt in Visie week 13